Een ongeval midden in de nacht leidt tot een zitting bij de meervoudige kamer van de rechtbank Rotterdam.
Een ongeval midden in de nacht leidt tot een zitting bij de meervoudige kamer van de rechtbank Rotterdam.
Op donderdag 4 november 2021 werd een cliënt van ons kantoor door een gespecialiseerde strafrechtadvocaat ter zitting bijgestaan. De verdachte werd verdacht van een drietal feiten die worden behandeld door de meervoudige kamer van de rechtbank Rotterdam.
Het betreft een verkeersongeval dat heeft plaatsgevonden in het arrondissement Rotterdam. Bij dit ongeval heeft het slachtoffer letsel opgelopen, te weten een aantal botbreuken en heeft hij meerdere operaties moeten doorstaan. De feiten zijn tenlastegelegd onder artikel 6 WVW, en als dat niet bewezen kan worden artikel 5 WVW (de overtredingsvariant). Daarnaast staan op de dagvaarding het feit verlaten plaats ongeval én het feit rijden zonder rijbewijs.
De verdachte heeft zich naar aanleiding van een bericht op Facebook gemeld bij de politie dat hij de persoon is die gezocht werd in verband met een aanrijding. Hij geeft direct aan dat hij de aanrijding niet heeft gemerkt en dat hij zich heeft gemeld omdat hij het heel erg vindt dat hij bij dat ongeluk betrokken was geraakt. Na het afleggen van een verklaring bij de politie, het zogenoemde politieverhoor, is de zaak ingestuurd naar de officier van justitie. De officier van justitie heeft besloten de cliënt te dagvaarden voor de meervoudige kamer van de rechtbank.
Op de zitting werd de zaak behandeld door drie rechters: de meervoudige kamer. De zaak is eerst voorgedragen door de officier van justitie, deze vertelt dan van welke feiten de verdachte wordt verdacht. Daarna bespreekt de voorzitter op de terechtzitting van de meervoudige kamer de feiten met de verdachte, het dossier wordt dan dus inhoudelijk besproken. Ter zitting werden er foto’s getoond en vragen gesteld aan de verdachte. De strafrechtadvocaat mag na het requisitoir van de officier van justitie reageren op de verdenking. Mocht het nodig zijn dan kan de strafrechtadvocaat op ieder moment tijdens de zitting inbreken indien de strafrechtadvocaat dat noodzakelijk acht.
Het slachtoffer was op deze zaak ook op zitting aanwezig en werd begeleid door iemand van Slachtofferhulp. Op zitting is gebruik gemaakt van het spreekrecht en werd de situatie van het slachtoffer nader toegelicht.
De officier van justitie heeft op zitting een straf geëist van 150 uren werkstraf. Indien deze straf niet naar behoren wordt uitgevoerd staat hier een vervangende hechtenis tegenover van 75 dagen. Het uitgangspunt in dergelijke zaken dient volgens de officier van justitie een forse taakstraf te zijn in combinatie met een ontzegging van de rijbevoegdheid. Het verlaten plaats ongeval is hierbij een strafverzwarende factor. Omdat het een oude zaak betreft en de officier van justitie ook rekening moet houden met het tijdsverloop, is in deze zaak een geheel voorwaardelijke rijontzegging geëist voor de duur van twaalf maanden.
Na het pleidooi van de strafrechtadvocaat krijgt de verdachte het laatste woord en wordt het onderzoek gesloten. De uitspraak van de rechtspraak volgt bij een meervoudige kamer in de regel na twee weken. De verdachte kan dan in de loop van de dag contact opnemen met zijn strafrechtadvocaat voor de uitspraak. Daarna heeft de verdachte twee weken de tijd om hoger beroep in te stellen tegen de uitspraak mocht hij het er niet mee eens zijn. Of hij van dit recht gebruik wenst te maken is afhankelijk van de uitkomst en wij raden altijd aan om dit goed te bespreken met de strafrechtadvocaat.
Meld u aan voor de nieuwsbrief