De rechtbank Limburg heeft op 26 november 2019 uitspraak gedaan in een zaak over onder andere belediging.
De rechtbank Limburg heeft op 26 november 2019 uitspraak gedaan in een zaak over onder andere belediging.
De verdachte in deze zaak stond kortgezegd terecht voor belaging van het slachtoffer, door hem ruim twee jaar te faxen en brieven te sturen met beschuldigende teksten en door derden faxen en brieven te sturen met beschuldigende teksten over het slachtoffer. Ook stond de verdachte terecht voor smaad en laster, hij werd ervan verdacht zich schuldig te hebben gemaakt aan het verspreiden van smaad en laster over de verdachte. Tot slot stond de verdachte terecht voor belediging van het slachtoffer.
Het slachtoffer was huurder van een kantoorpand. Tegen het einde van de huurtermijn is het pand gekocht door de verdachte. Door het slachtoffer is de huurovereenkomst aan het einde van de huurtermijn niet verlengd, maar opgezegd, waarna het bedrijf is verhuisd naar een ander pand. Dit betekende een flinke financiële strop voor de verdachte. Hij heeft deze opzegging in verschillende procedures aangevochten. De verdachte heeft vervolgens verwijten gemaakt aan het slachtoffer.
De strafrecht advocaat van de verdachte heeft bepleit dat de verweten gedragingen niet zijn te kwalificeren als laster of smaad. De verdachte maakte de verwijten alleen kenbaar bij personen die volgens de verdachte partij waren in de procedures die door hem werden gevoerd.
De rechtbank acht de belaging wettig en overtuigend bewezen. De inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer was stelselmatig, gelet op de intensiteit van de brieven en de daarin gebruikte bewoordingen. De verdachte heeft verklaard dat hij hoopte te bereiken dat het slachtoffer alsnog een huurovereenkomst zou aangaan of de verdachte tegemoet zou komen in de financiële schade die hij heeft geleden als gevolg van de beëindiging van de huurovereenkomst. Hiermee is de opzet van de verdachte gegeven.
De rechtbank is met de strafrechtadvocaat eens dat laster niet kan worden bewezen, daarvoor is immers vereist dat de verdachte wist dat wat hij schreef, in strijd met de waarheid was. De rechtbank heeft de indruk dat de verdachte oprecht gelooft dat er zo gehandeld is als in de brieven door hem is beschreven. Ook ten aanzien van de tenlastegelegde smaad is de verdachte, in lijn met het pleidooi van de strafrechtadvocaat, vrijgesproken. De verdachte heeft de brieven enkel gericht aan mensen die partij waren in het geschil, waardoor volgens de rechter niet is voldaan aan het vereiste dat het doel moet zijn om ruchtbaarheid te geven aan de verweten gedragingen.
De tenlastegelegde belediging acht de rechtbank wel wettig en overtuigend bewezen. Het slachtoffer is in niet mis te verstane bewoordingen beschuldigd van oplichting en bedrog.
Al met al is de verdachte veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf voor de duur van 100 uur, met een proeftijd van drie jaar en een contactverbod. Ook moet de verdachte een schadevergoeding betalen.
Zelf verdacht van belediging? Een ervaren strafrechtadvocaat kan u bijstaan! De raadsman zal uw processtukken opvragen om een goed en sterk verweer te voeren. Hierdoor wordt voor u een zo laag mogelijke straf net als in deze zaak, of indien mogelijk zelfs vrijspraak, bereikt. Wanneer u het contactformulier invult neemt een ervaren strafrechtadvocaat voor belediging direct gratis en vrijblijvend contact met u op! Wij werken landelijk, voor een vaste prijs en op basis van pro deo
Meld u aan voor de nieuwsbrief