Het gerechtshof Amsterdam heeft op 14 augustus 2018 uitspraak gedaan in een zaak over belediging.
Het gerechtshof Amsterdam heeft op 14 augustus 2018 uitspraak gedaan in een zaak over belediging.
De verdachte in deze zaak stond terecht voor belediging. Hij werd er immers van verdacht dat hij een ambtenaar, een handhaver van het veiligheidsteam openbaar vervoer, tijdens zijn werk heeft beledigd door zijn middelvinger op te steken.
De strafrecht advocaat van de verdachte heeft zich in hoger beroep op het standpunt gesteld dat de verdachte dient te worden vrijgesproken, omdat er voldoende bewijs voorhanden is. De advocaat stelt dat het enige bewijsmiddel in het dossier het proces-verbaal van aanhouding is en dat de verdachte stelling ontkent. De raadsman stelt dat de verdachte zijn middelvinger niet heeft opgestoken, maar een ‘wegwerp’-gebaar heeft gemaakt met zijn hand. Dit gebaar had echter niet de intentie en kan als zodanig ook niet als beledigend worden opgevat, aldus de strafrechtadvocaat.
Het gerechtshof volgt het standpunt van de strafrechtadvocaat, dat niet overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan belediging. In het door de verbalisant opgemaakte proces-verbaal van aanhouding staat dat hij heeft gezien dat de verdachte zijn middelvinger naar hem had opgestoken. Daarentegen heeft de verdachte na zijn aanhouding in het politieverhoor verklaard dat hij zijn hand had opgestoken, waarbij hij stelt dat hij zijn vijf vingers daarbij zou hebben gespreid. Hierdoor zou ook de middelvinger een opwaartse beweging hebben gemaakt tegelijk met de andere vingers.
Het gerechtshof stelt dat het proces-verbaal van aanhouding het enige mogelijke bewijsmiddel is. Ook heeft de verdachte van begin af aan al direct het ten laste gelegde gemotiveerd ontkend. De ambtenaar die het belastende proces-verbaal van aanhouding heeft opgemaakt is degene geweest tegen wie het strafbare feit zou zijn gepleegd. De andere aanwezige verbalisanten hebben behalve de vermelding dat ze aanwezig zijn, geen verklaring opgenomen inzake dit incident. Daarnaast biedt het dossier geen relevante steun aan hetgeen in het proces-verbaal is opgenomen.
Het gerechtshof is mede gelet op de gemotiveerde ontkenning van de verdachte onvoldoende overtuigd dat in deze zaak het vertrouwen en de betrouwbaarheid van het proces-verbaal ten volle is gerechtvaardigd. Hierdoor kan het hof niet op deugdelijke wijze tot een bewezenverklaring van de belediging komen. De verdachte is dan ook vrijgesproken van belediging door het gerechtshof Amsterdam.
Mede dankzij het pleidooi van de strafrechtadvocaat is vrijspraak bereikt in deze zaak. Zelf verdacht van belediging? Een ervaren strafrechtadvocaat kan u bijstaan! De strafrecht advocaat zal uw processtukken opvragen om een goed en sterk verweer te kunnen voeren. Hierdoor zal voor u een zo laag mogelijke straf, of net als in deze zaak vrijspraak, worden bereikt. Wanneer u het contactformulier invult neemt een ervaren strafrechtadvocaat voor belediging direct gratis en vrijblijvend contact met u op! Wij werken landelijk, voor een vast bedrag en op basis van pro deo
Meld u aan voor de nieuwsbrief