Vrijspraak voor het aanwezig hebben van drugs

Rechtbank Rotterdam spreekt verdachte vrij van het bezit van harddrugs

Politierechter volgt pleidooi van de strafrechtadvocaat en spreekt vrij.

Op 12 oktober 2023 stond een cliënt van ons kantoor terecht bij de rechtbank Rotterdam voor de Politierechter. De Politierechter is een alleenzittende rechter die aan het eind van de zitting ook direct uitspraak doet. De Politierechter kan als hoogste straf een gevangenisstraf voor de duur van één jaar opleggen.

De cliënt in kwestie werd ervan verdacht zich schuldig te hebben gemaakt aan de opiumwet, meer specifiek: hij werd als medepleger gezien van het opzettelijk aanwezig hebben van meerdere harddrugs in een woning. De betreffende cliënt was first offender hetgeen betekent dat dit de eerste keer was dat hij met politie en/of justitie in aanmerking is gekomen.

 

Eis van de officier van justitie ter zitting

De officier van justitie heeft ter zitting gerekwireerd tot een bewezenverklaring van het primair tenlastegelegde. De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte moet worden veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van 80 uren, als deze niet naar behoren worden verricht worden deze vervangen door 40 dagen hechtenis. De officier van justitie was van mening dat het voldoende vast staat dat er drugs in de woning aanwezig waren en dat onze cliënt hier mede verantwoordelijk voor was.

 

Pleidooi van de strafrechtadvocaat namens de verdediging

De strafrechtadvocaat heeft namens de verdediging uitvoerig pleidooi gevoerd. Naar de mening van de verdediging waren er onvoldoende aanknopingspunten om aan te nemen dat cliënt op de hoogte was van de drugs in de woning én dat cliënt ook verantwoordelijk gehouden kan worden voor deze drugs. Onze cliënt was wel vaak in de woning maar op de dag dat de drugs door de politie werd aangetroffen was hij niet in de woning aanwezig. Ook stond onze cliënt niet op dit adres ingeschreven bij de gemeente. Het enkele feit dat hij daar redelijk vaak was, is onvoldoende om hem aan te merken als medepleger van het opzettelijk voorhanden hebben van harddrugs. De strafrechtadvocaat heeft de Politierechter gevraagd om haar cliënt vrij te spreken omdat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs in het dossier aanwezig is om tot een bewezenverklaring te komen.

 

Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank heeft  het pleidooi van de strafrechtadvocaat gevolgd. Ondanks het feit dat de verdachte veel in de woning was geweest betekent dit niet zonder meer dat iemand als (mede)pleger kan worden aangemerkt voor het opzettelijk voorhanden hebben van harddrugs. Om tot een bewezenverklaring te kunnen komen dient er ook een zekere sprake van beschikkingsmacht dan wel beschikkingsbevoegdheid over de drugs te zijn. In deze zaak was daar naar de mening van de Politierechter geen sprake van en dient er aldus een vrijspraak te volgen. De Politierechter heeft aldus het pleidooi van de strafrechtadvocaat gevolgd wat er toe heeft geleid dat onze cliënt werd vrijgesproken.

 

Instellen van hoger beroep

De officier van justitie kan binnen twee weken hoger beroep instellen tegen deze uitspraak. Op zitting heeft de officier van justitie laten weten niet in hoger beroep te zullen gaan. Dit betekent dat de zaak op 12 oktober 2023 onherroepelijk is geworden en de vrijspraak daarmee vast is komen te staan.